Ik ben ondankbaar

Kintsugi, de Japanse kunst van het repareren van gebroken keramiek met goud- of zilverkleurige lak

Ik begrijp Steve Jobs heel goed. Hij droeg altijd dezelfde kleding, een blauwe spijkerbroek, zwarte coltrui en witte sneakers. Ik heb ook een hekel aan kleding kopen. Iets in mij vind het tijdverspilling. Winkelen is niet mijn ding. Het is niet dat ik het niet leuk vind om er mooi uit te zien. Ik heb jaren doorgebracht zonder ooit een voet in een kleding winkel te zetten. En zelf nu is het beperkt tot maximaal 3 keer per jaar. Toch verscheen er steeds weer nieuwe kleding in mijn kast. Meestal gekocht door mijn (toenmalige) vriendinnen of hun moeders die wilde dat ik er iets beter uitzag. Ik vertrouw in heel veel zaken dat ze gewoon op me afkomen. Als vanzelf in mijn wereld verschijnen. Dat geld voor kleding, partners en leuke werkopdrachten. Ik wacht af en dan komt het vanzelf naar me toe. Ik ben dit normaal gaan vinden. Maar om te zeggen dat ik hier voor dankbaarheid toon, dat niet.

De eerste grote verschuiving van dankbaarheid kwam rond mijn dertigste. Tot die tijd had ik geworsteld met depressie en burn-out. Met het idee dat ik niet toegerust was om mee te doen met het normale leven. Ik zag mezelf als slachtoffer van mijn opvoeding. Terwijl ik wandelend aan het coachen was in een prachtig bos, zag ik opeens dat juist door mijn opvoeding op dit pad terecht gekomen was. Dit pad van naar binnen gaan. Dat ik juist door mijn opvoeding hier in de natuur aan coachen was. Tai chi les was gaan geven. Juist mijn lijden had me hier gebracht. Had me keuzes laten maken, die lagen buiten het gebaande pad. Een keuze van het hart.

Mijn persoonlijkheid is op verschillende niveaus bezig met het geluk buiten mijzelf te zoeken. Op het hoofd niveau zoekt het controle en voorspelbaarheid. Dat alles maakbaar is in het leven. Op hart niveau ben ik de hele tijd opzoek naar waardering. Op zoek naar bevestiging. En op het buik niveau ben ik op zoek naar veiligheid, zodat ik mijn angsten niet aan hoef te gaan. Maar het leven is meer dan dat. Meer dan alleen die persoonlijkheid. Dat is wat tai chi me heeft geleerd. Dat je door naar binnen te gaan, niet het geluk buiten je te zoeken, in je kracht komt. Dat het niet gaat over bevestiging en het bereiken van doelen maar dat juist datgene wat pijnlijk is en daar naar toegaan de grootste leraar is.

Tai chi heeft alles terug gegeven en meer dan dat. Ik heb mooie mensen leren kennen die me  nog steeds inspiratie geven omdat ze verder zijn op dit pad. Ik heb dromen kunnen waarmaken. Zoals lesgeven op de Hogeschool of het geven van leiderschapsweken. Ik heb mijn partner leren kennen, heb een zoon gekregen. Ik ben andere interessante richtingen in geslagen.  Gevoed door gelijkgestemden. Het heeft me aan taal geven om uitleggen wat het is naar binnen gaan. Heeft me laten zien dat spiritualiteit normaal is. Dat het niet gaat om zweverigheid. Dat het gaat om volwassen worden.

Maar mijn mind is van nature ondankbaar. Kiest een concept als tai chi uit om dankbaar voor te zijn. En zelfs dan voel ik dit maar heel af en toe. Het wordt pas echt spannend als het gaat om al de mensen die uit liefde dingen voor me doen. Iedereen die kleren voor me gekocht hebben. Deuren voor me geopend heb ben. Altijd voor me klaar staan. Aan me denken ook al ben ik diep in mezelf en afgesloten. Want daarbij maakt mijn mind de balans op. Is aan het afwegen of ik wel genoeg terug krijg voor wat ik heb gegeven. Want mijn mind is rupsje nooit genoeg. Want mijn mind omhult de echte gevoelens. Bang als hij is voor risico op pijn. Maar misschien als ik me mind meer zou accepteren. Meer dankbaar zou zijn voor al zijn pogingen om me te beschermen. Misschien kan hij zich dan ontspannen. Meer tot rust komen. Zijn ware plek in nemen. Misschien dat ik dan zou kunnen voelen waar ik allemaal dankbaar voor mag zijn.

Deze blog is onderdeel van de Ik Ben serie. Deze bestaat uit een aantal snap shots van mijn mind in de zoektocht naar mijn ware natuur.